Algemene informatie over het fjordenmenteam

De wedstrijdmensport
Mennen, ook wel aangespannen rijden genoemd, is als sport ontstaan in Engeland. Toen de postkoetsen door de trein en auto verdrongen waren, besloten enkele Engelsen om de traditie voort te zetten. Met hun vierspannen gingen zij voormalige postroutes rijden, met het oude postkantoor in Londen als startpunt. Er moest een bepaald tijdschema worden gereden. Door obstakels onderweg raakten de ‘postkoetsen’ achter op hun tijdschema, waardoor de koetsiers hun aanspanningen in galop moesten aanzetten om de verloren tijd in te halen. Deze liefhebberij heeft er uiteindelijk toe geleid dat het vierspanrijden als aparte discipline erkenning kreeg binnen de paardensport. Zo’n 45 jaar geleden zijn er wedstrijdreglementen opgesteld en is het ook voor tweespannen, tandems en enkelspannen mogelijk gemaakt om mee te doen aan de mensport. Inmiddels is het wedstrijd rijden tot wereldwijde sport uitgegroeid. De “samengestelde” menwedstrijden kennen reglementair een drietal proeven: dressuur, marathon en vaardigheid.

Dressuur
De dressuurproef bestaat uit een aantal verplichte oefeningen, zoals halt houden, achterwaarts, stap, draf en uitgestrekte draf. Ook worden er figuren gereden, zoals een volte. Bij dressuur zit de koetsier in pak en met (hoge) hoed op de bok van de koets met achterop de grooms als niet bewegende beelden. De dressuurproef duurt ongeveer 10 minuten.
Marathon
De marathon is het meest spectaculaire onderdeel van de samengestelde menwedstrijd. Er is een wegparcours van zo’n 16 km waarop, naast het uithoudingsvermogen van de paarden, vooral de stuurmanskunst van de menner wordt getest en de gehoorzaamheid en snelheid van de paarden. De koetsier heeft geen hoge hoed op maar een cap. De grooms achterop zitten niet stil, maar moeten de wagen in balans houden door (hangend) tegenwicht te geven. Een marathon bestaat uit een staptraject en draftraject en maximaal acht hindernissen. Het best presteert de equipe die de trajecten foutloos rijdt en het snelste is in alle hindernissen.
Vaardigheid
De vaardigheidsproef wordt gereden op een parcours dat is uitgezet met oranje kegels, met op elke kegel een balletje. Tussen de kegels is 30 cm extra ruimte voor het rijtuig; aan elke kant is naast het wiel dus maar 15 cm over. De koetsier moet zijn paard(en) en wagen foutloos tussen kegels manoeuvreren en het parcours binnen een bepaalde tijd afleggen. Elk balletje dat er af valt kost 3 tot 5 strafpunten/strafseconden. Dit maakt de ‘vaardigheid’ vaak tot het spannendste onderdeel, want het onderlinge tijdverschil in de voorafgaande marathon bedraagt vaak maar enkele seconden.

Fjordenmenteam Dudok
Hetgeen wat wij, Kees en Janine, als Fjordenmenteam Dudok beoefenen, zijn de zogenaamde oefenmarathons waarin alle bovengenoemde facetten in een enigszins beperkte mate beoefend zullen worden.  

Nieuwsgierig geworden naar de mensport of naar onze prestaties? Houd dan de agenda in de gaten en kom een keer kijken!